zaterdag 7 juli 2012

Dag 20: Drumheller - Calgary



Vanochtend was de eerste stop het Horseshoe Canyon Provincial Park. Een heel mooi (maar klein) gebied met badlands, middenin de prairie. Het ligt vlak naast de weg en toch zie je het vanaf de weg niet liggen. Je kunt via een pad naar beneden om rond te dwalen tussen de heuveltjes en dat vonden we allebei erg leuk. Er zaten veel van die schattige prairiehondjes!





Daarna gingen we door naar Calgary. Eenmaal vlak bij de stad werd het verkeer drukker. Gelukkig konden we al inchecken bij ons hotel, dus rond de middag namen we de tram naar de stad. En meteen viel het al op: veel mensen met cowboyhoeden op. Allemaal op weg naar de Stampede! In de stad zijn we naar de Calgary Tower geweest, een uitzichttoren. Die viel een beetje tegen in vergelijking met die in Vancouver: hier staat bijvoorbeeld nergens waar je precies uitzicht op hebt. Niet echt handig! Maar we zagen beneden al wel het Stampede Park liggen.


En in de straten was het ook al feest.



Na ons tripje in de toren zijn we naar het Stampede Park gegaan. Omdat we een kaartje hadden voor de Evening Show, hoefden we de toegang tot het park niet meer te betalen. Het begon behoorlijk donker te worden en we besloten de bui af te wachten in het overdekte Saddle Dome, een zaal van ongeveer Ahoy-formaat waar normaal gesproken ijshockey wordt gespeeld, maar waar nu eerst een groep ruiters een soort dressuur deed.


Daarna waren er chuckwagon races met shetlandpony's, dat zag er heel grappig uit.



Weer buiten bleek het inderdaad hard te hebben geregend, maar dat hadden wij gelukkig gemist. We gingen over het terrein wandelen, eerst naar de 'landbouwtentoonstelling' met allerlei koeien, biggetjes, kuikentjes en infomatie over bijvoorbeeld hoe de spijsvertering van een koe werkt. Daarna zijn we de 'kermis' opgegaan.



Nou ja, kermis... er waren heel veel eetkraampjes, attracties, er is een kabelbaan en zelfs een abseil-toren. Ook was er een indianendorp, waar we van een 'chief' uitleg kregen over allerlei wapens en attributen, en was er een overdekte hal met kraampjes waarin van alles werd verkocht, van Tell Sell-rotzooi tot schilderijen. Opvallend was dat er niemand dronken of lallend rondliep. Buiten mocht geen alcohol worden verkocht en de 'biergarten' was alleen toegankelijk voor mensen van boven de 21.

Na een paar hapjes eten bij de diverse kraampjes zochten we onze plaatsjes op de tribune op voor de Chuckwagon Races. Helemaal snappen deden we het niet, maar het gaat ongeveer als volgt: een wagen met vier paarden staat klaar, iemand die naast een ander paard staat gooit bij het startschot een vat in de wagen, de wagen maakt een 'achtje' om een paar pilaartjes en ondertussen springt die andere man (en nog één) op het paard om er achteraan te rennen. Wat we niet helemaal snappen is de functie van die andere twee paarden, want het leek erop dat gewoon de wagen die als eerste over de finish kwam, had gewonnen, maar goed, het was wel leuk om een keertje te zien.



Daarna was het tijd voor de afsluitingsshow. En dan verwacht je een klein showtje, maar dit was Cirque du Soleil-waardig. Heel spectaculair, met acrobatiek, mensen (en motoren) die door de lucht vlogen en een optreden van Paul Brandt, hier blijkbaar één van de grotere artiesten. Wij zijn niet zo thuis in de country, maar hij kon mooi zingen en de liedjes waren catchy. Als afsluiter nog een geweldig vuurwerk en de geslaagde avond was compleet.




Met de tram weer terug naar het hotel (beetje shabby, maar voor één nacht prima en bovendien, ook niet onbelangrijk in deze dure Stampede-week, betaalbaar).

Nu is het zaterdagochtend en staan de koffers klaar. We gaan zometeen nog even shoppen en dan op naar het vliegveld. We kijken terug op een prachtige vakantie, waarin we heel veel moois hebben gezien. Het weer heeft vrij redelijk meegewerkt, alleen jammer dat het in de Rockies zo vaak zwaarbewolkt en regenachtig was, maar al met al was het een reis om nooit meer te vergeten!

donderdag 5 juli 2012

Dag 19: Canmore - Drumheller



Vanochtend stonden we al om zes uur naast ons bed, want we wilden vroeg vertrekken richting Drumheller. Na wederom een heerlijk ontbijt vertrokken we rond half acht. De rit die volgde, was heel bijzonder. Al snel werd de omgeving wat minder bergachtig en wat meer heuvelachtig. Toen kwam Calgary, waar we over de snelweg doorheen gereden zijn. Behoorlijk grote stad! Na Calgary reden we door vlak, prairie-achtig landbouwgebied. Een flink verschil met de afgelopen weken. We stopten dus even voor een foto.


En wat hoort er bij de prairie? Juist ja: een prairiehondje!


Eenmaal bij Drumheller gebeurde er iets geweldigs. Eerst reden we nog gewoon door landbouwgebied, daarna een heuvel, een bocht om en BOEM! Opeens zit je midden in de badlands. Fantastisch gewoon. Een man had ons in Kootenay al verteld dat dat zou gebeuren als we via snelweg 9 zouden rijden en dat het hem, ook al kwam hij vaak in Drumheller, nog steeds iedere keer blij verraste. En dat kunnen we ons goed voorstellen, want zo'n plotselinge overgang is gewoon heel gaaf. Fijne afwisseling ook na al die bergen, meren en watervallen. En aangezien dit soort landschap - om het maar even afschuwelijk fout uit te drukken - Helemaal Ons Ding is, waren we meteen in ons element.



We stopten even bij het Visitor Centre, waar ze ons de weg hebben gewezen naar de hoodoos. Daar voor de deur staat ook 'the world's largest dinosaur' (ongeveer 25 meter hoog). Die heeft die titel waarschijnlijk verdiend omdat ze nergens anders op de wereld energie stoppen in zoiets onbenulligs als het bouwen van een grote dinosaurus, maar ach, het was wel even leuk om te zien.



Daarna zijn we naar de hoodoos gereden. Het was er behoorlijk druk, maar dat maakte de hoodoos er niet minder mooi om.



Je kon ook nog een stukje omhoog klauteren tegen de berg op. Je snapt niet hoe soepel sommige mensen dat doen. Wij gingen in ieder geval als twee wankele houten klazen omhoog en nog onvaster weer naar beneden, maar het was wel erg leuk.



Na een uurtje hadden we het daar weer gezien en gingen we door naar de Atlas Coal Mine, de we wilden bezoeken. We hebben de Tunnel Tour genomen en dat was heel interessant. We moesten er een helm met een ingewikkeld accusysteem voor de lamp bij op.



De gids vertelde onder meer dat de mijnwerkers min of meer werden 'geronseld' uit het buitenland, waar hen gouden bergen werden beloofd. Eenmaal in Canada bleek dat het werk slecht betaalde - ze kregen alleen geld voor brokken steenkool boven een bepaald formaat, en ze moesten zelf betalen om hun uitrusting te huren, dus als je niet genoeg steenkool boven haalde, kon het zelfs gebeuren dat jij de mijn aan het eind van de dag geld schuldig was in plaats van andersom. En soms kregen de mannen uitbetaald in krediet dat ze alleen in de winkel van de mijn konden uitgeven - en daar was alles vijf keer zo duur als in de stad. Al met al heel interessant om te horen.



Daarna zijn we naar het Royal Tyrell Museum gegaan, dat geheel gewijd is aan fossielen van dinosaurussen, die in dit gebied veel zijn (en worden) gevonden. We hebben nog gevraagd naar Amy & Tom (de namen van de medewerkers die we hadden gekregen van mensen die we in Saskatchewan River Crossing hadden gekregen) maar die kende het meisje bij de infobalie niet. NIet zo gek, want er werken daar ruim 200 mensen, dus hebben we de gewone rondgang door het museum maar gemaakt.



Trouwens, wat ik heel apart vond: we komen hier regelmatig mensen tegen die bij een heel strenge Christelijke kerk lijken te horen (vrouwen lange jurk en kapjes op, mannen opvallend normaal). Amish zullen het niet zijn, want die mogen niet autorijden, en het lijken me ook geen leden van die Fundamentalist Latter Day Saints-sekte waarvan de leider een paar jaar geleden in Texas is opgepakt, want daarvoor klopt de kleding en haardracht niet helemaal. Maar goed, duidelijk mensen die letterlijk geloven dat de wereld 6000 jaar geleden geschapen is, en die kwamen vandaag dat museum uit, waar overal wordt gepraat over dingen die 70 miljoen jaar geleden gebeurd zijn. Apart, niet?

Toen zijn we naar onze overnachtingsplaats van vannacht gegaan, de Inn & Spa at Heartwood. Daar werden we heel vriendelijk ontvangen ("Angelique!" ik: huh? "Well, you're not Warren, and you're not Ken, so I assumed you had to be Angelique"). Ze hebben ons ook een ongevraagde, maar erg fijne upgrade gegeven naar een luxere kamer. Dus ligt Geriejan nu in de jacuzzi te bubbelen. :-)




Een dinertje bij een heerlijke Griek maakt deze dag compleet. Zometeen gaan we alvast alles goed inpakken, zodat we dat morgenavond in Calgary niet meer hoeven te doen. We gaan daar namelijk naar de Stampede, het grootste rodeo-evenement ter wereld, en dat schijnt één groot feest te zijn. We hebben kaartje voor de Evening Show en daarom zal het verslag van de laatste dag misschien later, of zelfs pas als wij thuis zijn, online komen, want om nou midden in de nacht nog een stukje te gaan tikken...

woensdag 4 juli 2012

Dag 18: Banff


Het weer zag er vanochtend best OK uit - niet zonnig maar ook geen regenwolken - dus na een goede nachtrust (zonder muizen) en een heerlijk ontbijt dat bij de kamerprijs zat inbegrepen, reden we terug de Bow Valley Parkway op voorbij Banff. We wilden graag Johnston Canyon zien, want die hadden we gisteren overgeslagen vanwege het weer. Het was er aardig druk, begrijpelijk, want het is een mooie canyon.


Al snel bereikten we de eerste waterval.



En na nog een kort stukje lopen zagen we ook de tweede waterval al verschijnen. Het was enorm druk, er is maar één goed uitzichtpunt aan het eind van een boardwalk en iedereen wil de waterval natuurlijk goed zien. Dan is het best irritant wanneer een groep Indiërs uitgebreid foto's gaat staan maken van elkaar met de waterval, in alle mogelijke combinaties. En ze waren met zijn zessen, dus doe de middelbareschool-kansberekening maar. Zonder terugleggen. Maar uiteindelijk werd ons geduld beloond.



Omdat we zin hadden in nog wel een wandelingetje zijn we daarna verder gaan lopen naar de Ink Pots, poelen die een heel jaar door 1 graad boven nul zijn en helder blauw water hebben. Daardoor werd de volledige afstand die we hebben afgelegd bijna twaalf kilometer, maar het was het waard, want het uitzicht boven was mooi.



We zijn naar Banff zelf gereden om eens te kijken bij Sulphur Mountain. De rit erheen was wederom prachtig:



Maar de berg zelf bleek erg toeristisch en de rijen voor de kabelbaan hadden Efteling-achtige proporties, terwijl je voor de 34 dollar per persoon die je betaalt, niet eens zo heel hoog gaat. Dan is het hele skiliftensysteem in Whistler een betere investering. Dus zijn we snel verdergereden naar Tunnel Mountain, waar je een prachtig uitzicht over de vallei hebt.



Ook staan daar een paar hoodoos, maar die gaan we hopelijk morgen in Drumheller meer en indrukwekkender zien.



Door naar onze laatste bestemming voor vandaag: Lake Minnewanka. De brede opklaringen die ze voor het eind van de ochtend beloofd hadden, kwamen nu dan toch eindelijk eens door. Dus het zag er prachtig uit!



Een korte wandeling bracht ons nog naar Stewart Canyon. Een heerlijk rustige plaats. Het is wel een gebied waar veel grizzlyberen leven, na 10 juli staat er een boete van maximaal 25.000 dollar op wandelen met minder dan vier personen en zonder pepperspray tegen de beren. Maar ik denk dat de beren op de kalender hebben gekeken en besloten hebben dat het nog geen 10 juli was, wij hebben er in ieder geval geen gezien.



In het stadje hebben we Indiaas gegeten, zijn we nog naar wat winkeltjes gegaan en hebben we nog wat van die schattige limonade gekocht. Zometeen lekker slapen, want morgen gaan we vroeg op pad richting Drumheller! We hebben er erg veel zin in, want hoe mooi die bergen ook zijn, we vinden het toch wel leuk om eens iets anders te zien. En we houden nogal van badlands, hoodoos en andere woestijnige dingen, dus we gaan morgen vast een topdag beleven.

dinsdag 3 juli 2012

Dag 17: Kootenay - Canmore



Vandaag is officieel Niet Onze Dag. In de cabin die we gisteren nog zo leuk en schattig vonden, hebben we vannacht nauwelijks een oog dichtgedaan. Rond een uur of één werd ik wakker omdat ik wat gekrabbel hoorde. We dachten dat er een eekhoorn onder de patio van het huisje zat - totdat we geritsel in de hoek van het keukentje hoorden. Licht aan en ja hoor: er zat een muis in de prullenbak! Nou ben ik werkelijk dol op knaagdieren (parkeer mij bij een prairiehondjeskolonie en je hebt de hele dag geen kind aan me) maar ze hoeven nou ook weer niet onuitgenodigd door mijn slaapkamer te banjeren. De muis glipte naar de badkamer, dus hebben we de kieren onder en in de deur dichtgemaakt (waar zouden we toch zijn zonder Ducttape?). Maar een kwartier later hoorden we 'm alweer scharrelen. Alle lichten aangedaan in de hoop dat hij weg zou vluchten van het licht. Welnee: Mickey was gewoon weer rondjes door de keuken aan het rennen. Toen was de maat vol en hebben we (nou ja, Geriejan) zowel de vuilnisbak naar buiten gedaan, als alles waar wat eetbaars in zat in de auto gelegd. In de hoop dat die beer vannacht niet terug zou komen en de auto open zou breken. Ik geloof dat we om vijf uur weer eens een keertje sliepen. De eigenaar van de cabins was er vanochtend niet, die was inkopen doen in Calgary, maar we hebben hem wel even gemaild met de mededeling dat we een kleine basic cabin helemaal prima vinden - dat was ook wat we hadden gereserveerd - maar dat we van dit soort ongedierte en bijbehorende slapeloze nacht niet zo gediend zijn. Met de vraag om ons geld deels terug te betalen. Benieuwd wat-ie zegt.

Maar goed, toen hadden we eindelijk een paar uurtjes geslapen en konden we naar Banff rijden, zag het weer er ongeveer zo uit:



Harde regen, onweer en grijze lucht. En dat heeft eigenlijk zowat de hele dag geduurd. We hebben vanochtend de Bow Valley Parkway gereden, maar we hadden eigenlijk echt geen zin om te stoppen bij Johnston Canyon. Dus de Parkway gaat morgen in de herhaling (niet dat dat erg is), wanneer ze wel goed weer voorspellen. Onderweg kwamen we trouwens nog een paar Bighorn Sheep tegen. Het bizarre is dat we net naar het album Our Love To Admire van Interpol aan het luisteren waren, met precies zo'n schaap op de voorkant. Toeval bestaat niet?


Banff bleek best een aardig stadje te zijn.




Omdat het weer vrij hard ging regenen, zijn we een winkelcentrum in gegaan, waar we even wat hebben gegeten, gedronken en geshopt (maar met lege handen weer buitenkwamen). Inmiddels was het een beetje opgeklaard en zijn we de korte wandeling naar de Bow River Falls gaan doen. Best leuk om eens te zien, maar ik denk dat het mooier is als je het in de juiste setting ziet, met bergen op de achtergrond.



We hadden het eigenlijk wel weer gezien voor vandaag en we zijn rond half vier naar Canmore gereden, waar we vannacht slapen. Voor onderweg kochten we nog twee bekers verse limonade. Kijk eens met wat voor schattig plasticje dat werd dichtgeseald:



Dit hotel is prima, de kamer ziet er netjes uit en er lopen (tot nu toe) geen muizen. We zijn net heerlijk Mexicaans gaan eten in het dorpje en we hadden van tevoren eigenlijk bedacht dat we nog wel naar de Punk Rock Bingo in het Canmore Hotel wilden, eigenlijk een gewone bingo (de hoofdprijs vanavond: een bananenpak) waarbij iedereen zijn iPod mee mag nemen en daar een paar wat stevigere liedjes van mag draaien. Maar die bleek om half tien pas te beginnen, terwijl wij hadden gelezen dat het om acht uur zou zijn. En na zo'n doorwaakte nacht is dat niet echt fijn.

Dus nu gaan we zometeen nog even zwemmen. Althans, als ze me binnenlaten in het zwembad, want terwijl ik gisteren op een picknickbankje bij het visitor center van de Kootenay Lodge het verslag zat te uploaden, ben ik flink onder handen genomen door de muggen en daardoor heb ik nu meer dan 20 (twin-tig!!) muggenbulten op mijn rug. 'Maar Angelique, je hebt toch DEET bij je?' Ja, en die had ik ook netjes gesmeerd. En waar de DEET zat, hebben ze niet gebeten. Waar ze wel hebben gebeten: dwars door mijn T-shirt heen. Mijn hele rug zit onder (Geriejan heeft zowat een verfroller nodig om de AfterBite er efficiënt op te krijgen) dus hopelijk denken ze in het zwembad niet dat ik builenpest heb ofzo. Morgen hopelijk meer geluk met het weer en de overige omstandigheden. Had ik al verteld dat het vandaag onze dag niet was...?

maandag 2 juli 2012

Dag 16: Lake Louise - Kootenay



Toen we vanochtend wegreden uit Lake Louise regende het zacht. Op weg naar Kootenay National Park begon het gelukkig een klein beetje op te klaren en al vrij snel was het weer droog. Onze eerste stop in het park was Marble Canyon, een canyon waar een rivier doorheen stroomt. Ik had op de website van het nationaal park gelezen dat het pad langs de canyon slecht toegankelijk was en erg modderig, maar dat bleek heel erg mee te vallen. In de buurt van de canyon zijn jaren geleden bosbranden geweest en de gevolgen daarvan zijn nog steeds zichtbaar.



Het was een leuk wandelingetje, met ook een aantal bruggetjes zodat je de diepte in kon kijken.



Daarna wilden we naar de Paint Pots, een verzameling poelen waarin rode kleurstof (vermiljoen) te vinden is. Helaas was het bruggetje dat daarheen leidde, weggespoeld door het hoge water, dus daar konden we niet heen. Inmiddels was het rond de middag en passeerden we de Kootenay Park Lodge al, waar we voor vanavond een cabin hadden gereserveerd. We besloten om maar vast in te gaan checken. De cabin was nog niet klaar, maar de (erg behulpzame) eigenaar heeft ons verteld waar je verder nog leuk kan gaan wandelen. In het bezoekerscentrum dat ook op het terrein zit, hebben we een plattegrondje van het park gehaald. De wandeling die we eigenlijk wilden gaan doen, naar Dog Lake, was óók afgesloten omdat een paar bruggen waren weggespoeld. Jammer! Omdat we wilden gaan barbecueën moesten we vlees gaan halen en daarom zijn we eerst naar Radium Hotsprings gereden, een plaatsje een eind verderop langs de weg. Naast de supermarkt zat de Tourist Information en daar kregen we informatie over een heel leuke wandeling net buiten het dorp, de Juniper Trail. Die besloten we te gaan doen en inderdaad, het was erg leuk. Aan het begin kwam je in een dal met een mooie rivier en een kleine waterval.



Daarna kwam er een behoorlijk zware klim, met als beloning dit uitzichtpunt.



Vervolgens liepen we door het bos en staken we de straat over naar de Radium Hot Springs Pool, thermale baden. Daar was het hutje-mutje druk, dus we waren blij dat we niet voor die optie waren gegaan (het leek ons namelijk best wel leuk).  Daarna volgden we een pad dat naar de Redstreaks Campground liep, waar we weer een mooi uitzicht over de vallei kregen.
Inmiddels was het al half vier en we wilden lekker van ons huisje (en de bbq) gaan genieten, dus zijn we teruggereden naar de lodge. We hebben de kleinste cabin die er is en hij is erg schattig!



We mochten de barbecue van de eigenaar lenen om onze eigen wegwerpbarbecues op te zetten en ook het lenen van een steelpannetje was geen enkel probleem.



Dus hebben we lekkere hamburgers en pepersteak gegeten. We zitten hier heerlijk, met mooi uitzicht op de bergen. Er springen eekhoorntjes door de bomen (waar de hond van de eigenaar achteraan rent) en volgens mij zijn we de enigen die hier vannacht slapen, bij de andere huisjes zie ik althans geen leven. Heerlijk dus (ik hoop alleen wel dat de beer, de hier tot vorige week regelmatig rondzwierf, vanavond niet terug besluit te komen). En het is wonder boven wonder nog steeds droog! Jammer dat we morgen weer weg moeten hier, maar Banff zal ook prachtig zijn.

zondag 1 juli 2012

Dag 15: Yoho National Park


Vandaag is het Canada Day, maar we hebben toch het pannenkoekenontbijt van de brandweer maar even gelaten voor wat het was. We hadden een beetje het idee alsof we zouden partycrashen als we het feestje van het dorp zouden gaan bezoeken, waarschijnlijk zou men dat niet zo opvatten, maar toch. Na ons eigen ontbijtje zijn we op pad gegaan naar Yoho National Park, dat eigenlijk bijna tegen Lake Louise aan ligt. Het weer zag er bijzonder mistroostig uit; je zag niet alleen de bergen in de verte niet, maar ook de bergen vlak naast de weg gingen schuil achter laaghangende bewolking. De eerste stop was bij Spiral Tunnels, een spoortunnel waar de trein in de berg een 'bochtje' maakt en je dus de trein aan de ene kant uit de berg ziet komen terwijl hij er aan de andere kant nog in aan het gaan is. Zoiets is alleen leuk als er ook daadwerkelijk een trein komt en dat was bij alle vier de stops die we vandaag bij Spiral Tunnels gemaakt hebben (er zijn er twee, of in ieder geval twee viewpoints) niet het geval. Dus reden we door naar attractie nummer 1: de Takakkaw Falls, een mooie hoge waterval.


Onderweg naar een ander deel van het park kwamen we voorbij het dorpje Field. Daar hebben we even een beker warme chocomel (Geriejan) en French Vanilla Latte (ik) gehaald. Opeens hoorden we de brandweerwagen. Het bleek dat de Canada Day Parade daar net zou gaan beginnen. Aangezien er maar 250 mensen in het dorpje wonen, was die niet lang, maar het was leuk om eens te zien. Het kwam in feite neer op een soort watergevecht tussen de plaatselijke jeugd en de brandweer. De brandweer met de spuitwagen, de kinderen met supersoakers en waterballonnen, dus het laat zich raden wie er won.




Maar het zag er wel heel gezellig uit en aan het einde van de parade, naast het visitor center van Yoho, werd de dorpsbarbecue inmiddels ook opgestart. In datzelfde visitor center kregen wij een kaart met korte wandelroutes en een paar Canadese vlaggetjes, dus die hebben we met het stokje in de ventilatiegaten van de auto gehangen. Vieren wij ook een beetje Canada Day!
Vervolgens reden we door naar de Natural Bridge, waar het water een soort 'brug' uit de stenen heeft gesleten. Die hebben we in de VS wel eens mooier gezien, maar deze had wel een heel bijzondere N-vorm.



Daarna zijn we naar Emerald Lake gereden. We wilden daar de wandeling om het meer heen gaan doen, die is 5,2 kilometer lang en zou rolstoeltoegankelijk moeten zijn, dus dat zou een makkie worden zonder modder! Helaas begon het een beetje te druppelen toen we aan de wandeling begonnen. Eenmaal halverwege was de miezer overgegaan in harde, striemende regen. En toen hield ook het geplaveide pad op en werd het pad eigenlijk één grote modderpoel. Dus veranderde de mooie wandeling in een glibberpartij in de regen. Niet leuk! Gelukkig had ik een paar foto's gemaakt terwijl het nog droog was.



We besloten om een eindje verderop te kijken of de wandeling naar de Wapta Falls wel te doen was. En warempel: we reden een paar kilometer van het meer vandaan en het weer sloeg om als een blad aan een boom. Bij Wapta Falls scheen zelfs een zonnetje. Het uitzicht vanaf de parkeerplaats was net een schilderij.



De wandeling zelf was redelijk goed te doen, ook wel modderig, maar daar kon je nog omheen lopen. De waterval zelf viel wat tegen, die zijn er hier wel mooier te vinden, maar de wandeling (5,4 kilometer retour) was wel leuk.



Inmiddels was het vier uur en gingen we weer op weg naar Lake Louise. Ook hier scheen inmiddels de zon, dus besloten we om het meer zelf nog eens te gaan bekijken met een mooie blauwe achergrond en een zonnetje erbij. Dat zag er toch een stuk vrolijker uit dan met die dreigende lucht van gisteren!



Terug in de Lake Louise Inn zijn we maar weer bij het restaurant van het hotel gaan eten. Terwijl ik dit schrijf, zit de was in de droger. En zometeen gaan we weer lekker van het bubbelbad en het stoombad genieten! Morgen gaan we naar Kootenay, waar we hoogstwaarschijnlijk geen internet zullen hebben, dus het verslag laat waarschijnlijk een dage op zich wachten. Hopelijk laten de weergoden ons niet in de steek...